C1 – Op het politiebureau
- Wat is de situatie? [aangifte doen van iets]
- Wat is er gebeurd?
- En waar is dat gebeurd?
- Is Wilma haar pinpas verloren?
- Welke data/gegevens moet Wilma geven?
- Wat moet ze nog verder doen?
- Waar zat haar pinpas?
- En hoe vindt ze het?
- Vindt de agent dat erg?
- Wat zegt Wilma om zich te verontschuldigen?
> Ben je ooit naar een politiebureau gegaan (om aangifte te doen)?
> Houd je van shoppen/winkelen?
> Hebben ze jou ooit bestolen? [je portemonnee, geld, gsm, indentiteitsbewijs, pinpas, horloge]
> Ben je vaak dingen verloren? [je bril, sleutels, gsm, tas, rugzak, paraplu…]
> Is er een politiebureau in de buurt?
> Ken je iemand die politieagent(e) is?
C4 – Is er een bank in de buurt?
-
-
-
-
-
> Heb je een bankrekening/spaarrekening?
> Bij welke bank?
> Heb je ook een pinpas [kredietkaart] of een spaarboekje?
> Gebruik ik je soms een geldautomaat?
> Hoe ga je van de Faculteit naar de ‘kopieerwinkel 501’?
> En naar het hoofdpostkantoor?
C8 – Op het postkantoor
-
-
-
-
-
-
> Schrijf je soms brieven (of alleen e-mails)?
> Schrijf je kaartjes als je op vakantie bent?
> Aan wie?
> Krijg je veel post?
> Hoeveel moet er op een gewone brief naar Europa? [€ 0,76]
> En op een kaart binnen Spanje? [€ 0,38]
> Moet je soms geld wisselen?
> Waar doe je dat?