Marga Minco en su escondite, con el pelo teñido, alrededor de 1943 Marga Minco (1920 - ) Edición antigua de Het bittere kruid, 1957 Edición reciente de Het bittere kruid, 1957 Das bittere Kraut. Trad. al alemán de Michael Meier, 1959, y de Elga van Leusden-Henningsen, Martina Sander y Tina Huber-Hönck, 1985 Bitter herbs. Trad. al inglés de Roy Edwards, 1960 Les herbes amères. Trad. al francés de Louis Fessard, 1977 A erva amarga. Trad. al portugués de Maria Clarinda Moreira, 1997, y al portugués de Brasil de Maria Júlia Abreu de Souza, 2018 Erbe amare. Trad. al italiano de Giancarlo Errico, 2000 La hierba amarga. Trad. al español de Julio Grande Morales, 2007 Carátula de la película de Kees van Oostrum, 1985 Carátula del audiolibro, leído por la propia autora El traductor Julio Grande Morales (Madrid, 1963 -) > Ficha profesional de Julio Grande Morales en ACETThttp://www.ace-traductores.org/user/66 > Enlace a las traducciones de Julio Grande Morales en la base de datos del Nederlands Letterenfonds (Fondo Neerlandés para las Letras) https://letterenfonds.secure.force.com/vertalingendatabase/zoeken?type=search&query=Julio%20Grande > Enlace a las traducciones de Het bittere kruid en el Nederlands Letterenfonds (Fondo Neerlandés para las Letras) https://letterenfonds.secure.force.com/vertalingendatabase/zoeken?type=titels&query=Het%20bittere%20kruid&id=a05b0000000nAwTAAU > Het bittere kruid (boek) op Wikipedia Nederlands https://nl.wikipedia.org/wiki/Het_bittere_kruid_(boek) > Het bittere kruid (film) op Wikipedia Nederlands https://nl.wikipedia.org/wiki/Het_bittere_kruid_(film) > Marga Minco op Wikipedia Nederlandshttps://nl.wikipedia.org/wiki/Marga_Minco > Marga Minco en Wikipedia españolahttps://es.wikipedia.org/wiki/Marga_Minco Marga Minco, pseudoniem van Sara Menco (Ginneken (Breda), 31 maart 1920), is een Nederlandse schrijfster van 'humoristische en absurdistische verhalen en suggestieve, sobere vertellingen'. Haar veel vertaalde oorlogskroniek Het bittere kruid (1957) is een klassieker uit de Europese literatuur over de Tweede Wereldoorlog. In 2005 ontving zij de Constantijn Huygensprijs voor haar gehele oeuvre. Minco wordt vooral bewonderd om haar zuivere en sobere taalgebruik. 'Haar proza,' aldus criticus Michiel...
La escritora Carl Friedman Tralievader. Original neerlandés (1991) Vater. Traducción al alemán, 1993 Nightfather. Traducción al inglés, 1994 Come siamo fortunati. Traducción al italiano, 1997 Al otro lado de la alambrada. Traducción al español de Ana Crespo Solans, 2001 Mon père couleur de nuit. Traducción al francés, 2001 Película de Danniel Danniel, 1995 (55 min.) Taller de traducción literaria neerlandés-español, A'dam-Utrecht, agosto de 2005, foto del grupo (sin mí, que hago la foto). Ana Crespo es la segunda por la izquierda > Enlace a las traducciones de Ana Crespo Solans en la base de datos del Nederlands Letterenfonds (Fondo Neerlandés para las Letras)https://letterenfonds.secure.force.com/vertalingendatabase/zoeken?type=search&query=Ana%20Crespo%20Solans > Enlace a Ana Crespo Solans (EOI Madrid) – Pronunciación de los futbolistas ‘holandeses’ Pronunciación de los futbolistas ‘holandeses’ – Ana Crespo en Canal Plus > Carl Friedman op Wikipedia Nederlandshttps://nl.wikipedia.org/wiki/Carl_Friedman Carl Friedman, pseudoniem van Carolina Klop (Eindhoven, 29 april 1952) is een Nederlandse schrijfster. Zij debuteerde in 1991 met de alom geprezen novelle Tralievader. Hiervan verschenen inmiddels vertalingen in het Duits (Vater, eine Erzählung, 1993), Engels (Nightfather, 1994), Italiaans (Come siamo fortunati, 1997), Frans (Mon père couleur de nuit, 2001) en Spaans (Al otro lado de la alambrada, 2001). Voorts werd het boek verfilmd door Danniel Danniel, de film werd in 1997 uitgezonden door de NPS. In 1993 verscheen de roman Twee koffers vol. Opnieuw volgden vertalingen, in het Duits (Zwei Koffer, 1996), Engels (The shovel and the loom, 1996), Frans (Une histoire perdue, 2003) en Russisch (Dva tsjemodana vospominani, 2004) en een verfilming, ditmaal door Jeroen Krabbé‚ onder de titel Left Luggage (1998). Friedmans derde boek, De grauwe minnaar, verscheen in 1996. Friedman woont en werkt in Amsterdam. Zij schrijft wekelijks een column, aanvankelijk in Trouw en vanaf 2002 in Vrij Nederland. In november...
Willem Frederik Hermans, de joven Willem Frederik Hermans, 1986 Portada de Nooit meer slapen Película basada en la novela(tráiler más abajo) No dormir nunca mástraducción de Catalina Ginard Féron > Enlace a Catalina Ginard Féron en ‘ACE Traductores’http://www.ace-traductores.org/user/174 Enlace a las traducciones de Catalina Ginard en la base de datos del Nederlands Letterenfonds (Fondo Neerlandés para las Letras)https://letterenfonds.secure.force.com/vertalingendatabase/zoeken?type=search&query=Catalina%20Ginard Willem Frederik Hermans (Amsterdam, 1 september 1921 - Utrecht, 27 april 1995) was een Nederlands schrijver van romans, novellen, verhalen, poëzie, toneelstukken en scenario's, alsmede van essays, kritieken en polemieken. Daarnaast was hij actief als fotograaf en maker van surrealistische collages. Hermans behaalde cum laude de graad van doctor in de wis- en natuurkunde (1955, fysische geografie). Hij weigerde de P.C. Hooft-prijs (1971), maar accepteerde wel de Prijs der Nederlandse Letteren (1977), die hij uit handen van de Belgische koning Boudewijn ontving. Hermans wordt met Gerard Reve en Harry Mulisch gerekend tot De Grote Drie, de drie belangrijkste naoorlogse Nederlandse auteurs. Als leerling van het Barlaeus-gymnasium werkte Hermans mee aan de schoolkrant. Onder de bezetting schreef hij zowel korte verhalen als romans. De verzetsroman De tranen der acacia's verscheen als feuilleton in het tijdschrift Criterium (1946) en werd bij verschijning als boek (1949) op grote schaal en overwegend gunstig besproken, waarbij het unieke talent van de jonge auteur werd erkend. Een bescheiden reistoelage won Hermans in 1950 voor de klassiek geworden oorlogsnovelle Het behouden huis (1952). De voorpublicatie van Ik heb altijd gelijk (roman, 1952) veroorzaakte een proces over belediging van het katholieke volksdeel. Paranoia (novellen, 1953) en Een landingspoging op Newfoundland en andere verhalen (novellen, 1957) bevestigden Hermans' reputatie in literaire kring. Vond de experimentele vertelling De God Denkbaar Denkbaar De God (1956) een beperkt publiek, nationale erkenning verwierf Hermans...
J. Bernlef Portada de Hersenschimmen Otra edición de Hersenschimmen Entre brumas. Traducción de Marta Arguilé Bernal Carátula de la película de Heddy Honigman Otra edición de la película > Enlace a Marta Arguilé Bernal en ‘ACE Traductores’http://www.ace-traductores.org/user/141 Enlace a las traducciones de Marta Arguilé Bernal en la base de datos del Nederlands Letterenfonds (Fondo Neerlandés para las Letras)https://letterenfonds.secure.force.com/vertalingendatabase/zoeken?type=search&query=Marta%20Arguil%C3%A9%20Bernal Bernlef (pseudoniem voor Hendrik Jan Marsman, Sint Pancras, 14 januari 1937 - Amsterdam, 29 oktober 2012) was een Nederlands schrijver, dichter en vertaler. Vanaf 2002 publiceerde hij onder het pseudoniem Bernlef (zonder de initiaal J), wat ontleend is aan de blinde Friese dichter Bernlef uit de 8e eeuw. Hij debuteerde in 1959 (onder het pseudoniem J. Bernlef) als dichter met Kokkels, en in hetzelfde jaar als prozaïst met Stenen spoelen. Voor Kokkels ontving hij in november 1959 de Reina Prinsen Geerligsprijs. In 1984 werd hij bij het grote publiek bekend met zijn roman Hersenschimmen, waarin hij het dementeringsproces uitvoerig beschrijft vanuit het oogpunt van een dementerende man. De roman werd in 1988 verfilmd door Heddy Honigmann en werd in 2006 in bewerking als toneelstuk uitgevoerd door het Ro Theater onder regie van Guy Cassiers. Als vertaler heeft Bernlef in het Nederlandse taalgebied tal van Amerikaanse en Zweedse dichters geïntroduceerd, onder wie Marianne Moore, Elizabeth Bishop en Tomas Tranströmer. Bernlef (seudónimo de Hendrik Jan Marsman, Sint Pancras, 14 de enero de 1937 - Ámsterdam, 29 de octubre de 2012) fue un escritor holandés, poeta y traductor. Desde 2002 publicó bajo el seudónimo de Bernlef (sin la inicial ‘J’), que tomó del poeta ciego frisón Bernlef del siglo VIII. Debutó en 1959 (bajo el seudónimo de J. Bernlef) como poeta con Berberechos, y en el mismo año como prosista con Enjuagar piedras. Por...
Marcellus Emants Marcellus Emants Marcellus Emants. Een nagelaten bekentenis, 1894. Una edición más moderna de Een nagelaten bekentenis. A Posthumous Confession, traducida del neerlandés por el premio Nobel sudafricano J. M. Coetzee. Una confesion póstuma. Sajalín Editores, 2013. Trad. de Gonzalo Fernández Gómez. Autorretrato de Gonzalo Fernández Gómez > Enlace a las traducciones de Gonzalo Fernández Gómez en la base de datos del Nederlands Letterenfonds (Fondo Neerlandés para las Letras)https://letterenfonds.secure.force.com/vertalingendatabase/zoeken?type=search&query=Gonzalo%20Fern%C3%A1ndez > Enlace a Gonzalo Fernández Gómez en ‘El Cuaderno Naranja’https://gonzalofernandez.wordpress.com/ > Marcellus Emants op Wikipedia Nederlandshttps://nl.wikipedia.org/wiki/Marcellus_Emants > Marcellus Emants en Wikipedia españolahttps://es.wikipedia.org/wiki/Marcellus_Emants Marcellus Emants (Voorburg, 12 augustus 1848 - Baden (Zwitserland), 14 oktober 1923) was een Nederlandse schrijver. Hij is een van de weinige echte vertegenwoordigers van het naturalisme in de Nederlandse letterkunde en wordt gezien als voorloper van de Tachtigers. Zijn bekendste roman is Een nagelaten bekentenis uit 1894. Marcellus Emants (Voorburg, 12 de agosto de 1848 - Baden (Suiza), 14 de octubre de 1923), fue un escritor neerlandés, uno de los pocos exponentes auténticos del naturalismo en la literatura de los Países Bajos. Se le considera precursor de los llamados Tachtigers ('Generación de 1880'). Su novela más conocida es Una confesión póstuma, de 1894. Contraportada de Una confesión póstuma. Sajalín Editores, 2013. Trad. de Gonzalo Fernández Gómez. 'La sociedad me infundía un miedo atroz. La comunidad humana aparecía casi siempre ante mí como una especie de campo de trabajos forzados, inhóspito y sombrío, en el que criminales encadenados trabajaban obligados por los latigazos de vigilantes crueles, inmisericordes.' Willem Termeer, el narrador de Una confesión póstuma, se presenta a sí mismo como un hombre apático, desagradable e indiferente a todo cuanto le rodea. Hijo de una madre fría y vanidosa y de un padre enfermizo e irascible, uno...