Cementerio aliado en Flandes
Cementerio aliado en Flandes
Sello de Canadá en conmemoración de los caídos
Propaganda de EE.UU. para la compra de bonos de guerra (1919), con el verso de 'In Flanders Fields'
Major John McCrae, second in command of the 1st Brigade Canadian Field Artillery, during the Second Battle of Ypres in April and May 1915
‘In Flanders Fields’ en la Wikipedia inglesa
‘In Flanders Fields’ en la Wikipedia holandesa
‘In Flanders Fields’ en la Wikipedia española
The Great War – In Flanders Fields
Inspiration for the poem ‘In Flanders Fields’ by John McCrae
Información en varios idiomas del Gobierno de Flandes
La ciudad flamenca que resistió al imperio alemán (‘El Mundo’, 2014)
In Flanders Fields – Lieutenant Colonel John McCrae (1872-1918)
In Flanders fields the poppies blow
Between the crosses, row on row,
That mark our place; and in the sky
The larks, still bravely singing, fly
Scarce heard amid the guns below.
We are the Dead. Short days ago
We lived, felt dawn, saw sunset glow,
Loved and were loved, and now we lie
In Flanders fields.
Take up our quarrel with the foe:
To you from failing hands we throw
The torch; be yours to hold it high.
If ye break faith with us who die
We shall not sleep, though poppies grow
In Flanders fields.
En los campos de Flandes – Teniente Coronel John McCrae (1872-1918)
En los campos de Flandes crecen las amapolas
entre las cruces que fila a fila
señalan nuestras tumbas; y en el cielo
aún vuela y canta la valiente alondra
oída apenas por el fragor de las armas.
Somos los Muertos. Hace poco vivíamos,
sentíamos el alba, veíamos el atardecer,
amábamos y éramos amados, y ahora yacemos
en los campos de Flandes.
Contra el enemigo proseguid nuestra lucha:
tomad la antorcha que arrojan nuestras manos
exangües; vuestra sea para empuñarla en alto.
Si faltáis a la fe de nosotros que morimos
jamás descansaremos, aunque florezcan
en los campos de Flandes las amapolas.
Basada en varias traducciones de Internet, e.o. https://paralelismoeleixapren.wordpress.com/2016/11/11/en-los-campos-de-flandes
Au champ d’honneur – Adaptación de Jean Pariseau del poema ‘In Flanders Fields’
Au champ d'honneur, les coquelicots
Sont parsemés de lot en lot
Auprès des croix; et dans l'espace
Les alouettes devenues lasses
Mêlent leurs chants au sifflement
Des obusiers.
Nous sommes morts
Nous qui songions la veille encor'
À nos parents, à nos amis,
C'est nous qui reposons ici
Au champ d'honneur.
À vous jeunes désabusés
À vous de porter l'oriflamme
Et de garder au fond de l'âme
Le goût de vivre en liberté.
Acceptez le défi, sinon
Les coquelicots se faneront
Au champ d'honneur.
Vertaling van Tom Lanoye, 2002
In Vlaamse velden klappen rozen open
Tussen witte kruisjes, rij op rij,
Die onze plaats hier merken, wijl in 't zwerk
De leeuweriken fluitend werken, onverhoord
Verstomd door het gebulder op de grond
Wij zijn de doden. Zo-even leefden wij.
Wij dronken dauw. De zon zagen wij zakken.
Wij kusten en werden gekust. Nu rusten wij
In Vlaamse velden voor de Vlaamse kust.
Toe: trekt gij ons krakeel aan met de vijand.
Aan u passeren wij, met zwakke hand, de fakkel.
Houd hem hoog. Weest gíj de helden. Laat de Doden
Die wij zijn niet stikken of wij vinden slaap noch
Vrede - ook al klappen zoveel rozen open
In zovele Vlaamse velden.
Willy Vandeweghe: Over Tom Lanoyes vertaling van 'In Flanders Fields' van John McCrae (KANTL, 2016)
http://www.dbnl.org/gedichtbelicht/index.php?l=2016&gedicht=201607_vand037flan01.php
Vertaling Bert Decorte
In Vlaanderens velden staan papavers rood
tussen de kruisen, root aan root,
die merken onze plaats; en in de lucht
reppen leeuweriken, luid zingend nog, hun vlucht,
maar in 't geschut beneden klinkt hun lied verloren.
Wij zijn de doden. Pas is de dag voorbij
dat wij leefden, sneefden, zagen de dageraad gloren,
beminden, werden bemind, en nu, nu liggen wij
in Vlaanderens voren.
Zet onze strijd met de vijand voort;
begevend reiken onze handen u de toorts;
het is uw taak ze hoog te dragen.
Beschaamt gij 't vertrouwen in ons, de gevelden,
dan slapen wij niet, ofschoon papavers blaken
in Vlaanderens velden.
Vertaling Herwig Verleyen, 1994
In Vlaanderens velden bloeien de klaprozen
tussen de kruisen, rij aan rij, die onze plaats
aanwijzen. En aan de hemel blijven de
leeuweriken vliegen en dapper kwelen,
tussen 't geschut beneden nauwelijks te horen.
Wij zijn de Doden. Enkele dagen geleden nog
leefden we, voelden de ochtendstond,
zagen de gloed van de avondzon, beminden
en werden bemind en nu liggen wij, gevelden,
In Vlaanderens velden
Zet onze strijd met de vijand verder.
Met falende handen reiken wij u over
de toorts. Aan u haar hoog te dragen.
Doet gij dit niet, dan zullen wij in deze aarde
geen rust kennen, ondanks de klaprozen
In Vlaanderens velden