Hendrik Marsman (Zeist, 30 september 1899 - Golf van Biskaje, 21 juni 1940) was een Nederlands dichter, vertaler en literair criticus.
Hendrik Marsman is één van de belangrijkste Nederlandse dichters tijdens het Interbellum. Hij is korte tijd werkzaam als advocaat, daarna wijdt hij zich geheel aan de letteren. Hij is één van de weinige vertegenwoordigers in ons taalgebied van het vitalisme en het expressionisme. Marsman brengt veel tijd in Zuid-Europa door, altijd op zoek naar een geestelijk houvast. In 1936 schrijft hij het gedicht ‘Herinnering aan Holland’, dat ruim zestig jaar later wordt uitgekozen tot het gedicht van de eeuw. [uit 'Letterkundigmuseum.nl']
Hendrik Marsman (Zeist, Países Bajos, 30 de septiembre 1899 - Golfo de Bizcaya, 21 de junio 1940) fue un poeta, traductor y crítico literario holandés.
Hendrik Marsman es uno de los poetas neerlandeses más importantes del período de entreguerras. Trabajó brevemente como abogado para luego dedicarse por completo a las letras. Es uno de los pocos representantes en nuestra área lingüística del vitalismo y el expresionismo. Marsman pasa mucho tiempo en el sur de Europa, siempre en busca de un sostén espiritual. In 1936 escribe el poema ‘Holanda en el recuerdo’, que después de algo más de sesenta años es elegido el poema del siglo. [de 'Letterkundigmuseum.nl']
Letterkundig Museum – H. Marsman (1899-1940)
Letterkundig Museum – H. Marsman (1899-1940) | De Noordzee, Nederland
Marsman, een vitalistisch dichter. ‘Groots en meeslepend wil ik leven. Hoort gij dat, vader, moeder, wereld, knekelhuis?’ Marsman behoorde tot de dichters in... rond de groep Forum. Hij werd daar zeer gewaardeerd om zijn levenskrachtige gedichten. In de oorlog was hij in Frankrijk en hij wilde met de boot van Bordeaux naar Engeland ontkomen. De boot echter verging. Niet - zoals veel gedacht wordt - door een een Duitse torpedojager maar door een ongeluk in de combuis.
Zijn vrouw reisde -onder anderen- met hem mee en zij overleefde de ramp. Marsman stierf net in hetzelfde jaar als... waarin Ter Braak en Du Perron stierven. Drie grootheden van de Nederlandse literatuur kwamen in dat jaar om het leven.
XIII
De morgenwind ontrolt
zijn schuimende banieren
door het vervalend
nagrauw van den nacht;
de ochtend brandt
in hemelsblauwe vuren,
het sterrengruis bekoelt
tot sintelende asch.
de kreet der hanen scheurt
het donker van de muren,
het eerste versche bloed
springt uit den flank der dag,
en die in 't donker lag,
hoort in zijn laatste droomen
de vlucht der hinden nog,
de herten van den nacht.
schaduwen eeuwenoud
en het verbond der boomen
smelten als zwarte sneeuw
voor 't schroeien van de zon;
Abraham voert het vee
van de verdorde stroomen
naar 't grazige gebied
rond Mamre's eikenbron.
en 't lichaam van de vrouw
die 't donker met hem deelde
- de nacht was als een moerbei
aan hun mond -
komt boven uit den dood
der ondergrondsche kreken
en rekt zich als een dier
in 't teeder morgenrood.
nog sluimren tuinen
tusschen oude muren,
de dauw verdampt
in 't vochtig zwarte zand,
de wolken steigeren
als hunkerende stieren
naar het scharlaken uur
dat de arena brandt.
nog slechts een korte tijd
en het heelal zal stroomen
en vlammen als een zuil,
den hemel in het haar,
en 't dionysisch schip
danst langs de roode stroomen,
dolfijnen om de kiel,
de mast een druivelaar.
De boot van Dyonisos,
in Verzamelde Gedichten, 1941
Letterkundig Museum – H. Marsman (1899-1940) | Mar del Norte, Países Bajos
Marsman, un poeta vitalista. ‘Quiero una vida majestuosa y fascinante. ¿Oyes eso, padre, madre, mundo, osario?’ Marsman pertenecía a los poetas del... en torno al grupo Forum. Se le apreciaba mucho allí por sus poemas vigorosos. Durante la guerra estaba en Francia y quiso escapar en barco de Burdeos a Inglaterra. Sin embargo, el barco naufragó. No - como mucho se piensa - a causa de un destructor alemán sino por un accidente en la cocina del barco.
Viajaba acompañado -entre otras personas- de su mujer, y ella sobrevivió al siniestro. Marsman falleció en el mismo año en que... en el que murieron Ter Braak y Du Perron. Tres celebridades de la literatura neerlandesa perecieron en ese año.
XIII
El viento matinal despliega
estandartes de espuma
por el pardo mortecino
de la noche;
el alba arde
en fuego azul celeste
la grava de estrellas se enfría
en brasas de ceniza.
el grito de los gallos rasga
la oscuridad de los muros,
la primera sangre fresca
salta del costado del día,
y quien yacía a oscuras,
oye en postreros sueños
la huida de la ciervas,
los ciervos de la noche.
sombras de muchos siglos
y el pacto de los árboles
se funden como nieve negra
ante el socarrar del sol;
Abraham lleva el ganado
de las riveras secas
a las verdes praderas
junto al pozo del roble de Mambré.
y el cuerpo de la mujer
que compartió con él lo oscuro
- la noche era como una mora
en sus bocas -
se eleva de la muerte
de arroyos subterráneos
y se estira tal fiera
en el tierno y rojo albor.
aún dormitan jardines
entre los viejos muros,
el rocío se evapora
en la húmeda arena negra,
las nubes se encabritan
como toros agitados
hacia la hora escarlata
que abrasa el ruedo.
ya poco tiempo falta
para que el cosmos fluya
y arda como un pilar,
el cielo en cabellera,
y la nave dionisíaca baile
por las corrientes granas,
delfines en la quilla,
por mástil una parra.
De Templo y Cruz,
‘El barco de Dionisio’ (1940)
Herinnering aan Holland
Denkend aan Holland
zie ik breede rivieren
traag door oneindig
laagland gaan,
rijen ondenkbaar
ijle populieren
als hooge pluimen
aan den einder staan;
en in de geweldige
ruimte verzonken
de boerderijen
verspreid door het land,
boomgroepen, dorpen,
geknotte torens,
kerken en olmen
in een grootsch verband.
De lucht hangt er laag
en de zon wordt er langzaam
in grijze veelkleurige
dampen gesmoord,
en in alle gewesten
wordt de stem van het water
met zijn eeuwige rampen
gevreesd en gehoord.
Holanda en el recuerdo
Si pienso en Holanda
veo lentos, anchos ríos
por una llanura
sin fin avanzar,
las filas de álamos
de finura increíble
como altas plumas
que en el horizonte están;
y en el espléndido
espacio, hundidas,
las granjas esparcidas
por todo el lugar,
arboledas, pueblos,
y torres truncadas,
iglesias y olmos
en grandiosa amistad.
El cielo está bajo
y el sol lentamente
se extingue entre vahos
grises e irisados,
y por todas partes
se escucha y se teme
la voz de las aguas,
sus eternos desastres.
Holanda en el recuerdo
Veo a Holanda, ausente,
con sus anchos ríos
cruzando indolentes
los interminables
llanos y bajíos,
sus innumerables
álamos esbeltos
como altos plumeros
orlando horizontes,
y el fresco espacioso
de pueblos y torres
truncadas, de iglesias
con sus lapiceros
que rayan el cielo,
de olmos muñonados
de bosques redondos
y las alquerías
esmaltando el fondo
en que están sumidas;
veo el cielo bajo
y cómo al sol, despacio,
lo van sofocando
los vahos grisáceos
opalirisados;
¡Y oigo en todas partes
el clamor del agua:
la secular fragua
de horrendos desastres!
Antología de la poesía neerlandesa moderna.
Barcelona: El Bardo, 1971. Trad. Francisco Carrasquer.
Herinnering aan Holland
Denkend aan Holland
zie ik breede rivieren
traag door oneindig
laagland gaan,
rijen ondenkbaar
ijle populieren
als hooge pluimen
aan den einder staan;
en in de geweldige
ruimte verzonken
de boerderijen
verspreid door het land,
boomgroepen, dorpen,
geknotte torens,
kerken en olmen
in een grootsch verband.
De lucht hangt er laag
en de zon wordt er langzaam
in grijze veelkleurige
dampen gesmoord,
en in alle gewesten
wordt de stem van het water
met zijn eeuwige rampen
gevreesd en gehoord.
Memories of Holland
Thinking of Holland
wide rivers I see
that slowly through infinite
lowlands flow,
tenuous poplars
strangly like plumes
stand at the horizon
row upon row;
and in tremendous
spaces inbedded
scattered the farms
all over the land,
groves and villages,
truncated steeples,
churches and elm trees
magnificent stand.
low hang the skies
and by greyish motley
vapours the sun is
slowly bleared,
and in all quarters
the voice of the water
with its constant disasters
is heeded and feared.
Translated by Martijn Zwart & Ethel Grene.
Memory of Holland
Thinking of Holland
I picture broad rivers
meandering through
unending lowland:
rows of incredibly
lanky poplars, huge
plumes that linger
at the edge of the world;
in the astounding
distance small-holdings
that recede into space
throughout the country;
clumps of trees, town-lands,
stumpy towers, churches
and elms that contribute
to the grand design;
a low sky, and the sun
smothering slowly
in mists, pearl-gray,
mother-of-pearl;
and in every county
the water 's warning
of more catastrophes
heard and heeded.
Uit Wikipedia - Translated by Irish poet Michael Longley (* Belfast, 1939).